maandag 12 augustus 2013

Donderdag 7 maart, uitwerking voor transplantatie, dag 4

Ward schrijft : "



Het laatste onderzoek van de uitwerking stond vandaag op het programma, 's namiddags zou ik naar huis mogen.
Dit bestond uit een echografie van het hart.
De arts van dienst wist mij te melden dat er wat bloed terug vloeide, wegens een klep die niet zo goed afsloot. Het euvel bleek echter dusdanig klein dat de cardioloog vertelde dat hij mensen met dat soort probleem doorstuurde naar de psycholoog als ze bij hem over hun hart kwamen klagen.
Het was dus niets om mij zorgen over te maken, maar ik had wel een voorzet gekregen om in therapie te gaan bij een psycholoog.
Maar ik heb nooit goed kunnen voetballen, dus ik liet de voorzet maar passeren. Ik zag al dokters genoeg ...
En die psychologe van de dienst moest ik toch nog zien. Zou ik ook op zo'n sofa mogen liggen zoals in die Amerikaanse films?

Ik was teruggekeerd naar mijn kamer en eigenlijk was ik al bezig met inpakken en mij klaarmaken om te kunnen vertrekken.

"Meneer De Craene?"
De hoofdverpleegster keek voorzichtig naar de twee bedden en besloot toch mij aan te spreken. Blijkbaar zag ik er met mijn 43 toch nog niet zo oud uit als mijn buurman van in de 70.
"Wij hebben voor u een afspraak geboekt op maandag bij de psychologe. U moet ook nog een scan van de sinussen krijgen om een sluitend advies te krijgen van de dienst neus-keel-oor. Dat kan morgen nog. Hebt u er iets op tegen om hier nog een nacht langer te verblijven?"

Ik wist niet wat ik hoorde.
't Klinkt raar, ik weet het, maar ik vond het maar niks, zo'n midweek vakantie die dan nog eens op donderdag voorbij zou zijn, dus ik was heel blij met de bonus.
"Geen probleem!" 

"Ik word hier niet ouder dan thuis" zei ik.
De verpleegster gaf een opgeluchte glimlach en vervolgde haar weg.
Een brede glimlach op mijn gezicht deed mij mijn vrije-tijdskledij weer uitpakken.
Het middagmaal kwam en ik zat weer op mijn gemak.

De vorige nacht had ik al afscheid genomen van de nachtverpleger die mij in mijn eigen waak-uren na middernacht altijd kort een bezoekje bracht.
"Hoe? Je bent hier nog??" De nachtverpleger viel met de deur in de kamer, bij wijze van spreken.
Ik grijnsde.
" 't Is hier veel te goed. Ze kunnen mij niet missen." knipoogde ik.

De verpleger rolde zijn ogen en ging heen ...
"Er zijn geen patiƫnten meer zoals vroeger" mompelde hij.


"

Geen opmerkingen:

Een reactie posten