Martines geschiedenisje
Martine
schrijft:
Zoals zovelen
wellicht voelde ik me onkwetsbaar in mijn twintiger jaren.
Toen ik na de conservatoriumstudie in een carrière als klassieke zangeres belandde, stootte ik al snel op het belang van een respectvol en zachtaardig omgaan met mijn lichaam. Verder had ik als twaalf jaar oudere zus van Ward reeds vroeg lessen getrokken uit zijn antibiotica- en cortisoneverleden.
Toen ik na de conservatoriumstudie in een carrière als klassieke zangeres belandde, stootte ik al snel op het belang van een respectvol en zachtaardig omgaan met mijn lichaam. Verder had ik als twaalf jaar oudere zus van Ward reeds vroeg lessen getrokken uit zijn antibiotica- en cortisoneverleden.
Na mijn eerste
jaar van zware vocale arbeid en vele concerten, gecombineerd met een halftijdse
job in het onderwijs, dook een serieus probleem op: ik kreeg bronchitis en daar
zat de Zangeres Zonder Stem. Na veertien dagen kon ik al opnieuw lesgeven, maar
zingen was er niet bij: ik raakte niet verder dan de hoge C van het ééngestreept
octaaf: net hoog genoeg voor een kinderliedje. Concerten in de nabije toekomst moesten
worden afgezegd. De prangende vraag was voor hoelang.
Ondertussen
zocht ik medische hulp in de Neus-Keel-Oor Afdeling van het UZ-Leuven. Het
onderzoek gaf mij de gelegenheid om mijn eigen stembanden in actie te aanschouwen.
Het goede nieuws was dat de stem onbeschadigd was, maar het slechte dat ze geen
oorzaak konden vinden en dat ik moest afwachten. Vitamine B zou de genezing
bespoedigen.
Na anderhalve
maand vertoonde zich nog steeds geen signaal van beterschap. Ten einde raad nam
ik, na een suggestie van één van mijn leerlingen, contact op met osteopaat
Bruno Crabeels in Mechelen. Een doorbraak na drie maanden, want een week later kon
ik opnieuw studeren en repeteren! Sinds die tijd fungeert Bruno voor mij als een
sportdokter voor een atleet.
In de
afgelopen twaalf jaar vallen er twee medische ontwikkelingen te melden, die
verband houden met mijn “workaholisme”, met andere woorden kwaaltjes die ik opdeed
door te weinig rust te nemen. Vooreerst
is er de onevenwichtige uitbreiding van een op zich onschuldige schimmel
genaamd Candida, die me op de rand van het CVS (Chronisch
Vermoeidheidssyndroom) bracht. Het beestje bestrijd ik door het eten van suikers
(koolhydraten inbegrepen) te beperken. Daarbij neem ik probiotica, evenals schimmelwerende
en darmherstellende voedingssupplementen vanuit de fytotherapie. Voldoende rust
bij dit alles is noodzakelijk. De ziekte creëert overgevoeligheid voor gefermenteerde voedingsmiddelen, zoals
bier, wijn, azijn, champignons, schimmelkazen, gist, chemische kleur-, smaak- en
bewaarstoffen. Chocolade komt gelukkig niet voor op het lijstje! Mijn aanpak
haalde ik uit het boek “Vechten met gerechten, tegen Candida en ME” van T.
Koolsbergen en J. Vreugdenhil. (Haarlem, 2002, Schuyt en co). Het boek ontstond
uit de praktijkervaring van een arts in de Sint-Janskliniek in het Nederlandse den
Bosch en is mijn kookbijbel tot op heden.
Een tiental
jaar geleden kreeg ik last van overgewicht en besloot ik het Weight
Watcherdieet op te pikken dat ik als jong dikkerdje (helaas) reeds had leren
kennen. Zo vermagerde ik 15 kg. in anderhalf jaar. In diezelfde periode ontwikkelde
ik evenwel ernstige voedingsintoleranties tegen tarwe- en koemelkeiwit. Dit
was op zijn beurt vermoedelijk een gevolg van de overmaat aan
melktussendoortjes met 0% vetgehalte en de pasta- en broodcultuur, evenals een
complicatie van de darmslijtage.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten